De achtergrond van opstellingen begint met systemisch kijken.
Wat betekent systemisch kijken?
Het woord systeem komt voort uit de wetenschap dat ieder mens onderdeel is van een groep mensen wat we een systeem noemen. Zo heb je een familiesysteem, een werksysteem, een sportgroep, een vriendengroep, enz. enz. Binnen de systemen heeft een mens allerlei relaties met anderen. Systemisch kijken wil zeggen dat we kijken naar het individu in een situatie. En welke invloed de omgeving heeft op die persoon. We kijken naar de relatie tussen ik en de ander, ik in een groep en ik en zijn eigen persoonlijkheid. Zijn persoonlijke relatie uit zich in; ik en mijn verlangen, ik en mijn pijn, ik en mijn wil, ik en mijn probleem enz. We kijken naar iemands totaal plaatje.
Systemisch kijken word systemisch werken
Deze manier van systemisch kijken heeft gedurende de jaren vele praktische werkvormen gekregen om het totaalplaatje van iemand in beeld te brengen. Nog steeds zorgen de hedendaagse theorieën en ideeën voor nieuwe methodes. In de kern gaat het bij systemisch werken om relaties.
Ontstaan van relaties
Een verbinding kan tot stand komen door een zender en een ontvanger. Het verzenden en ontvangen van een boodschap gaat door middel van zintuigelijke interacties, wat op vele manieren kan worden vorm gegeven. Naar elkaar luisteren, elkaar fysiek aanraken, naar elkaar kijken, elkaar proeven, aan elkaar ruiken en via telepathische wegen zoals mediums dat kunnen. De reactie erop van de ontvanger geeft aan dat er een verbinding is. Als mens heb je hele persoonlijke manieren van zenden en reageren op de ander. Hoe je dit doet is van grote invloed op hoe makkelijk een relatie tot stand komt en kan worden onderhouden. Hoe geef jij vorm aan een familiaire relatie, een vriendschappelijke relatie, een zakelijke relatie en een partnerrelatie? De manier zoals jij op je eigen unieke wijze vorm geeft aan relaties, heeft alles te maken met eerder opgedane ervaringen, jouw karakter en de invloed van jouw opvoeding.
We gaan terug naar je eerste verbinding in je jeugd.
Als baby word je geboren in een groep mensen, een familie. De eerste verbinding als kind maak je met je moeder. Je maakt geluidjes, lacht of zet het op een brullen als je iets nodig hebt, op zoek naar verbinding. De meeste moeders worden hierdoor geraakt, zien je afhankelijkheid en krijgen instinctief de behoefte om je te voeden en te verzorgen. Deze uitreiking naar verbinding en het antwoord erop van je moeder/verzorger leert je hoe te zenden en te ontvangen. En welke reactie van jou wel of niet geaccepteerd wordt. Deze manier van verbinden kan op vele manieren en is heel verschillend per gezin of gemeenschap. Omdat je als kind vaak leert door te kopiëren, neem je meestal blind de manier van je opvoeders over. Je afhankelijkheidspositie maakt dat je mee gaat. Je kan het als kind niet riskeren uit de groep gezet te worden. De kans om te overleven zou je daarmee op het spel zetten. Je kunt het zien als een leefregel in jouw familie.
Als deze opvoedregels goed bij je passen, kan je je vaak goed verbinden met jezelf waaruit contact met de ander makkelijk zal verlopen. Je ervaart bewustzijn en keuzevrijheid over hoe je zal zenden en in hoeverre je meer of minder gecontroleerd reageert. Als de regels niet goed bij je passen ontdek je dat vaak pas veel later in je leven, doordat relaties met jezelf en/of anderen moeilijk zijn. Je hebt jezelf mogelijk in ‘overlevingsmodus’ moeten zetten, waardoor nú allerlei communicatieproblemen ontstaan in uitzenden en/of ontvangen.
Mogelijk ervaar je weinig controle over je reactievermogen en reageer je ‘automatisch’. Voel je misschien weinig keuzevrijheid over hoe je een relatie kan en wil vormgeven.
Bij systemisch werken, kijken we naar hoe jij en je omgeving zenden en ontvangen met de daarbij horende aangeleerde of vrij gekozen reacties.